Elzenpas |
Kadastraal Sectie: C perceelsnummers: 160, 257, 258 Perceelsgrootte: - |
|||
Situatie voor de ruilverkaveling. | ||||
situatie (bij benadering) in 2016. |
||||
|
||||
Verklaring / betekenis van de naam van het perceel |
||||
Beijers schrijft hierover: De els of zwarte els en de grijze of grauwe els zijn algemeen voorkomende bomen in moerassige gebieden. De zwarte els groeit het beste op voedselrijke vochtige plaatsen met niet verzuurde grond, de elzenbroeken. De boom wordt aangetroffen in heggen en singels om later hakhout te leveren. De grijze els groeit goed op de wat drogere gronden. Elzen bloeien vroeg in het voorjaar; de katjes of elzenproppen zijn bij het begin van de winter al aanwezig. Bij het doorzagen vertoont het hout een opvallende rood-oranje kleur. Pas, in oudere vormen pasch / pesch is een afleiding van het Latijnse pascuum = weide. Volgens Lindemans gaat het om een open weiland in woest veld met hier en daar kleine bosjes en bomengroepen, maar is er in enkele gevallen pas of passe = doorgang, toegangsweg, verbindingsgracht in te herkennen. In het gebied van de grote rivieren is ‘pas’ in gebruik in de betekenis van een perceel land met rijen populieren of wilgen bezet. |
||||
Schönfeld vermeldt: De schrijfwijze wisselt tussen pasch en pas; misschien dat pas „doorgang, overgang” betekende. Bij ons leeft het woord het krachtigst in het Gelderse grote- rivierengebied, waar men het nog kent in de betekenis van perceel griendhout (hakhout van wilgen of elzen); vandaar ook samenstellingen als Wilgenpas en Elze(n)pas. |
||||
Eigenaar: | ||||
|
||||
Bijzonderheden Adres: Nieuwstraat 29 (Voorheen Nieuwstraat 17) Naam boerderij: Elzenpas |
|
|||
Zie ook: De els, houdt van natte voeten | ||||
Bronvermelding |
||||
|
||||
|
||||
|