Aardpeer

helpt je door de winter


redactie - Wilma van Oss


Vergeten groenten afl. 2

De soort van deze maand, de aardpeer, staat in een groot aantal Dreumelse (sier)tuinen. Dit omdat het een makkelijk te kweken plant is die tot laat in de herfst bloeit met aantrekkelijke gele bloemen. Prachtig in een herfstboeket. Maar deze plant heeft meer mogelijkheden. Onder de grond maakt hij knollen, die ook door topkoks worden verwerkt in hun gerechten.

Wie ze nog niet in de tuin heeft, plant de soort nog in dit voorjaar of najaar aan. Succes in huis, tuin en keuken verzekerd en dit tot in lengte van dagen, want de plant is een makkelijke gast.

 

Aardpeer/topinamboer (Helianthus tuberosus)

Naamgeving
Helianthus
betekent ‘zonnebloem’. Het is het geslacht waartoe ook de zonnebloem behoort. Tuberosus betekent ‘knoldragend’ en dat is precies wat hij doet.

De Nederlandse naam aardpeer is vernoemd naar de eetbare wortelknollen. De aardpeer is geen familie van de aardappel, alhoewel zijn naam dit doet vermoeden.

De oorsprong van de naam topinamboer is bijzonder. Rond 1610 stuurden Franse kolonisten in Noord-Amerika deze knollen als 'Indiaanse aardappels' naar hun vaderland. Ze waren er daar erg enthousiast over want dankzij deze Indiaanse aardappels kwamen ze die winter door.

   
In Frankrijk waren op dat moment toevallig een aantal Braziliaanse indianen van de Tupinamba stam. Ze hadden niets te maken met de ‘Indiaanse aardappelen’ maar de knollen kregen wel hun naam.
 
Teelt

Deze Noord-Amerikaanse soort is een cultuurplant, gekweekt om zijn sier- en voedingswaarde.

In het voorjaar of najaar kun je de knollen planten op 10 - 20 cm diepte. Grote knollen kunnen worden gedeeld; let daarbij dat er minimaal een ‘oog’ (waaruit bij het uitlopen een worteltje ontstaat) is. Plantafstand is 30 - 45 cm.

Oogst de knollen na de eerste nachtvorst. De knollen kunnen zich aan de wortelstokken links en rechts in de grond bevinden. Dat is anders dan bij aardappelen. De aardpeer is in de grond heel lang houdbaar, maar opgegraven slechts enkele weken.

Laat hier en daar een knol staan en je bent verzekerd van een nieuw seizoen met prachtige bloemen en lekkere groente.
 
Herkenkenmerken

  De gele bloemen zijn 4 - 8 cm breed en bestaan uit lint- en uit buisbloemen. De plant bloeit in oktober, november.  
 

Het is een overblijvende, woekerende plant die  tot wel 2,5 meter hoog kan worden. De plant heeft (eetbare) wortelknollen.

 
 
Gebruik

De aardpeer bevat onder meer calcium, silicium, kalium, ijzer en vitamine B1 en is licht verteerbaar. Daarnaast is deze groente goed voor diabetici omdat de in de knol aanwezige suiker tijdens de vertering niet omgezet wordt in glucose.

Vooral in oktober zijn ze nog lekker zoet en minder melig dan later in de winter.

Vanwege hun grillige vorm zijn ze lastig te schillen. Daarom is stomen of koken in de schil een aanrader. De schil kun je dan, wanneer ze na tien minuten gaar zijn, er heel gemakkelijk aftrekken.

Aardperen doen het goed als soep, als puree en in salades. En als ze nog heel jong zijn zelfs rauw: schoon boenen, in flinterdunne schijfjes schaven en aanmaken met citroensap, olijf- of notenolie, zout en versgemalen zwarte peper.
 

Maaltijdsoep

Ingrediënten

1 kleine ui
25 gr. boter
1 pond aardperen
1 liter groente- of kippenbouillon
200 gr. (diepvries) doperwtjes
gehakte peterselie

Bereidingswijze

Verwijder de schil van de aardperen en snij ze in stukjes. Snij het uitje fijn en smoor dat in de boter.  Doe zout, de aardperen en erwtjes erbij, schenk de bouillon erbij en kook ongeveer 15 minuten.

Als de groenten gaar zijn alles pureren met een staafmixer of in een keukenmachine. Bestrooi de soep met peterselie en versgemalen peper en geef er geroosterde driehoekjes witbrood bij. 

Crème de topinambour

Ingrediënten

500 gr. aardperen
groentebouillon
scheut (5 cl) melk
50 gr. boternootmuskaat
peper
zout

gepelde walnoten

Bereidingswijze 

Verwijder de schil van de aardperen en snij ze in blokjes. Kook de knollen ongeveer 25 minuten in groentebouillon gaar. Daarna afgieten.

Voeg de melk en boter aan de knollen toe en mix ze tot een gladde puree.

Voeg de nootmuskaat, peper en zout toe naar smaak.

Serveren met walnoten.