Moerasspirea

Een natuurlijke pijnstiller


redactie - Wilma van Oss


 

Moerasspirea  (Filipendula ulmaria)

Naamgeving
Moeras
verwijst naar de standplaats van deze soort, een vochtige plek.

Spirea betekent ‘bocht/draai/kromming’. Dit verwijst naar de schroefvormig gedraaide vruchten (zie herkenmerken).

De geslachtsnaam Filipendula dankt de soort aan het naaste familielid, de knolspirea (Filipendula vulgaris). Die heeft aan fijne draadjes hangende wortelknolletjes: ‘filum’ voor draad en ‘pendulus’ voor hangend.

Ulmaria komt van ulmus (Latijn) en betekent ‘iep’. Dit omdat de bladeren lijken op die van de iep (zie herkenmerken).
De soort hoort tot de Rozenfamilie (Rosaceae).

   
Voorkomen
Aan waterkanten, in natte graslanden, bermen, ruigten, langs dijken en uiterwaarden. Kortom een plant die zich in Dreumel thuis voelt.
 
Herkenkenmerken
De moerasspirea bloeit vanaf mei tot september. Vaak nog een nabloei in de herfst. De tuilvormige bloeiwijze bestaat uit witte bloempjes die 5-tallig zijn.
 

Kenmerkend zijn de schroefvormig gedraaide vruchten die na de bloei aan de tuilen zijn te vinden.

  De moerasspirea is een overblijvende plant van 60 tot 120 cm. De bladeren zijn (afgebroken) geveerd.  
 
Gebruik


Geneeskrachtig kruid

De moerasspirea bevat salicylzuur. Deze heeft een pijnstillende en ontstekingsremmende werking. Dat was al bij Hippocrates (460 - 379 v Chr.) bekend. Het werd in zijn tijd uit de schors van wilgen (Salix spec.) gehaald. Vandaar de naam van het zuur.

In de Middeleeuwen haalde men het salicylzuur uit de moerasspirea. Het salicylzuur had echter vervelende bijwerkingen. De Duitser Felix Hoffman (1868 -1946) ontdekte dat de variant acetyl-salicylzuur sneller en beter werkt. In 1899 bracht Bayer, waar Hoffman in dienst was, dit middel onder de nieuwe naam Aspirin (‘gemaakt zonder Spirea’) op de markt. Het medicijn was zo succesvol, dat het lange tijd als synoniem voor pijnstiller, dus ook die van andere merken, werd gebruikt.

Maar dat betekende niet dat het kruid als geneeskrachtige plant had afgedaan.

Van deze Koningin der Weiden, zoals zij ook wordt genoemd vanwege haar fraaie uiterlijk, is ‘de geheele plant een beproefd geneesmiddel voor een grooten verscheidenheid van aandoeningen en ongerief’. Dit volgens Br. Aloysius in zijn standaardwerk: TROOST DER ZIEKEN (1901).

Inwendig gebruik
Het afkooksel bevat 10 - 15 gr. per liter water. Het is een samentrekkend, water- en pisafdrijvend geneesmiddel en wordt met vrucht aangewend tegen buik- en huidwaterzucht, slechte waterloozing en aambeien. Men drinkt twee tot drie kopjes per dag van het afkooksel.

Verder is het ook tegen hoofdzeer, klierachtigen uitslag bij kinderen, huiduitslag, koortsen, dysenterie, diarrhee, bloedspuwen, bloedvloeiingen, bloedwateren, algemeen bloedverlies, overtollige menstruatie en buikloop. Per dag neemt men 1 - 2 tassen thee of 3 gram poeder der wortels in wijn.

Uitwendig gebruik
Om bloedingen te stelpen en versche wonden te genezen legt men er de versch gekneusde wortels op.

Groente
De jonge blaadjes zijn gezond en lekker. Ze hebben een komkommerachtige smaak. Verwerk ze in stoofgerechten of meng ze door de salade.

Geurverspreider
In de Middeleeuwen gebruikte men moerasspirea in huizen, kerken en gebouwen om de muffe geur te verwijderen. Een van de volksnamen van moerasspirea is daarom ook kamerkruid.