Wat zijn religieuzen? |
Kloosterleven Vrouwelijke kloosterlingen worden zusters genoemd. De mannelijke kloosterlingen zijn verdeeld in paters en broeders. Paters worden tot priester gewijd. Broeders of fraters zijn mannelijke kloosterlingen zonder priesterwijding. |
Kloosterling worden Daarna volgt een tijd van opleiding: het noviciaat. Deze periode begint met het ritueel van de inkleding, waarbij de nieuwe kloosterling het habijt of een ander kenmerk krijgt aangereikt. Het noviciaat duurt een of twee jaar. Na de opleidingstijd volgt de tijdelijke professie. De novice verbindt zich voor een beperkte tijd (vaak drie jaren) aan de orde of congregatie en legt geloften af van armoede, gehoorzaamheid en celibaat. Pas als deze periode is verstreken, breekt het moment aan voor de eeuwige professie waarbij geloftes voor het leven worden gedaan. |
Kloosternaam De achtergrond van het aannemen van een kloosternaam is dat daarmee tot uitdrukking wordt gebracht dat de betrokken man of vrouw vanaf het moment van intreden een nieuwe identiteit krijgt en aan een nieuw, aan God gewijd leven begint. Als regel wordt - naar eigen keuze - de naam van een heilige gekozen met wie de nieuweling zich verwant voelt en wiens leven en werk een bron van inspiratie voor hem of haar kan zijn. |
Priesterwijding
Tonsuur:
Subdiaken:
Plechtige geloften:
Diaken: Na de wijdingen van lagere orde volgt de priesterwijding Priester: Hij die het sacrament van het priesterschap heeft ontvangen. Het priesterschap: Sacrament dat door handoplegging en gebed van de bisschop de persoon machtigt tot uitoefening van het ambt van geloofsverkondiging en toediening van de sacramenten. |
|
|