Korte berichten uit boeken, kranten en tijdschriften, internet enz.

 
Meebetalen aan Tielse verdediging

Aangezien Tiel de belangrijkste versterkte stad was in het militair zo belangrijke Betuwse land (dit geldt met name zeer sterk voor het begin van de 80-jarige oorlog) moesten eens in de zeven jaar de steden Buren en Culemborg en een aantal dorpen in de Nederbetuwe, de Tielerwaard en het Land van Maas en Waal een bijdrage leveren voor het onderhoud van de Tielse fortificaties.

Voor Heerewaarden en Dreumel bedroeg die bijdrage 8 goldgulden en voor Wamel en Leeuwen 11 goldgulden. Dat de dorpen in het Land van Maas en Waal niet ontzien werden, blijkt uit het feit dat een stad als Buren slechts 9 goldgulden betaalde.

(bron: Tweestromenland - Maas en Waalse relaties - Arend Houtkoop)

Plattegrond van Tiel uit 1649

 

plattegrond Tiel uit 1649

   

 
Tegenwoordige Staat van Gelderland, 1741, blz. 277:

Dreumel is een klein Dorpje, gelegen aan den Waaldyk, een weinig beneden Wamel. Het heeft een oud Kerkje van weinig aanzien. De meeste Dorpelingen zyn van den Roomschen Godsdienst. Te Dreumel legt een Heerenhuis, de Pol genaamd. Het is een klein en gering gebouw. (oude spelling gehandhaafd)

 

 

 

   

Beloning van honderd zilveren dukaten
 

(klik op het plaatje voor een vergroting)

 
(bron: Oprechte Haarlemse Courant, 5 september 1797)

 
AARDRIJKSKUNDIG WOORDENBOEK DER NEDERLANDEN - A.J. van der Aa, 1839 - 1851, blz. 512-513:

DREUMEL, gem. in het Land-tusschen-Maas-en-Waal, prov. Gelderland, kw., distr. en arr. Nijmegen, kant. Druten (7k.d.,20m.k., 7s.d.); palende N. aan de gem. Wamel, O. en Z. aan Appeltern, W. aan de Waal.

Deze gem. bevat het d. Dreumel en de b. Kop de Voorn, beslaat eene oppervlakte van 1370 bunder, telt 241 huizen, bewoond door 261 huisgezinnen, uitmakende eene bevolking van ongeveer 1600 inwoners, die meest hun bestaan vinden in den landbouw.

De R.K. die hier ruim 1500 in getal zijn, onder welke ruim 1000 Communicanten, maken eene parochie uit welke tot het apostolisch vicariaat van 's Hertogenbosch, dekenaat van Druten, behoort, en door eenen Pastoor en eene kapelaan bediend wordt.

De Hervormden, waarvan men er ongeveer 50 telt, behoren tot de gecombineerde gemeente van Wamel-en-Dreumel. - In deze gemeente is slechts eene school. - Men heeft er een adellijk huis, thans het Kasteel, vroeger het Huis Pollestein, genoemd, benevens het landgoed Bato's erf, terwijl er vroeger nog een stond, het Huis-te-Dreumel geheeten. -

Het dorp Dreumel of Drummel, ligt 5 1/2 uur West van Nijmegen, 1 1/2 uur ZW van Druten, aan den Waaldijk, 51° 51' 2" N.B. 23° 5' 59" O.L. Men telt er in de kom van het dorp ruim 80 huizen en ruim 1500 inwoners.

De R.K. Kerk, aan de H. Barbara toegewijd, is van toren en orgel voorzien en in het jaar 1819 gebouwd, in plaats van de schuurkerk, dat een klein, oud gebouw was. Zij wordt, zoo in- als uitwendig, voor een der schoonste en rijkste R.K. kerken van het platteland gehouden, en heeft eenen hoogen toren met uurwerk en vijf klokken, een nieuw en zwaar orgel en drie altaren, waarvan het hooge altaar, dat eene rots voorstelt, voor een meesterstuk der kunst gehouden wordt, even als het mozaik pleisterwerk van het voorkoor. Zij is in 1838 door den Bisschop van Curium ingewijd.

Van de oude parochiale kerk, bestaat thans alleen nog maar het koor, waarin bijna alle zondagen door den Predikant van Wamel-en-Dreumel de dienst wordt waargenomen, van het schip is er niets meer aanwezig dan enkele stukken vervallen muurwerk, terwijl hij reeds bijna eene halve eeuw van het dak is ontbloot geweest. Het bestuur der domeinen moest vroeger als tiendheffer, deze kerk onderhouden, doch is voor eenige jaren daarvan ontheven, doordien het toen, in de provincie Gelderland, overal de verpligting tot onderhoud der oude kerken, die het als tiendheffer had, heeft afgekocht, als wanneer de verpligting, ten opzigte van de kerk te Dreumel, op het kerkbestuur aldaar is overgenomen.

De dorpsschool wordt gemiddeld door een getal van 1000 leerlingen bezocht.

In den namiddag van den 14 Augustus 1833 ontstond in dit dorp, vermoedelijk door het broeijen van te nat geborgen hooi, een verschrikkelijke brand, in een der aanzienlijksten huizen der gemeente, hetwelk tot gevolg had, dat vier der voornaamsten huizen, een arbeiderswoning, acht schuren en zeven en twintig hooimijten in den assche gelegd werden.

DREUMEL (HUIS-TE), voormalig adellijk huis in het Land-tusschen-Maas-en-Waal, provincie Gelderland, onder Dreumel. Ter plaatse, waar dit huis gestaan heeft, ziet men thans eene vervallen boerenwoning.

DREUMELSCHE-VEER, veer over de rivier de Waal, provincie Gelderland, gemeente Dreumel, tegenover de zogenaamde Rodemolen. Dit veer dient om de gemeenschap tusschen het Land-tusschen-Maas-en-Waal en den Tielerwaard voor voetgangers daar te stellen, en behoort in eigendom aan de Freule van Haaften.

 

Goesche Courant 24 mei 1855: Beenderen aangespoeld

 

 

 
HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN, voorgesteld in eene reeks van naar de natuur geteekende SCHILDERACHTIGE GEZIGTEN en beschreven door J.L. TERWEN, Gouda 1858, blz. 530:

W. van Wamel ligt Dreumel, (1600 inw.), met eene buitengemeen schone en zeer rijke, in 1838 ingewijde R.K. Kerk, die eenen hoogen toren met 5 klokken, een zwaar orgel en 5 altaren heeft, waarvan het hoofdaltaar, eene rots voorstellende, een meesterstuk van kunst is; hier is ook het Huis-Pollestein en het landgoed Bato's Erf. Van de oude parochiale kerk is niets overig, dan eenig vervallen muurwerk en het koor, waarin nog dienst gedaan wordt. (originele spelling gehandhaafd)

 

detail vergezicht Dreumel - N. Wicart, 1748

 


Goesche Courant 17 juli 1868: "Het kalf met zes pooten"
 


 

5 cents postzegel van Willem III, afgestempeld in Dreumel.

(bron: http://www.rynmond.com/v52/253.jpg)

De postzegel werd te koop aangeboden tijdens postzegelveiling Rijnmond in Rotterdam, veiling nr. 52 op 19 en 20 november 2004  op nr.19, cat.35 pr.ex. (schaars) Dreumel ) Ingezet op 15 euro, afgemijnd op 12 euro

Het basiszegel betreft nummer 19 uit de NPVH catalogus.  Dit zegel werd 1872 voor het eerst uitgegeven en in 1891 vervangen door een zegel met daarop koningin Wilhelmina met hangend haar. De zegels bleven voor frankering geldig tot 31 december 1899.

Het stempel is een zogenaamd kleinrondstempel. Deze stempels werden tussen 1877 en 1894 uitgegeven, maar bleven soms tot ver na 1900 in gebruik. In Dreumel was in die tijd een hulppostkantoor. (bron: Dhr. Han Lambregts)

Klik voor meer informatie over de posterijen in Dreumel op de postzegel.

 

 

 

De Gelderlander 11 november 1874: Verfoeilijk zondagswerk

 

 

 

De Gelderlander 28 september 1876: Paarden- en beestenmarkt in Dreumel

 

 

 
AARDRIJKSKUNDIG WOORDENBOEK van NEDERLAND - P.H. WITKAMP - 1877, blz. 295:

DREUMEL, gemeente in Gelderland op den zuidoever van de Waal en den noorderoever van de Maas, ingesloten door de gemeenten Appeltern, Wamel, Tiel, Wadenoijen, Ophemert, Varik, Heerewaarden (Geld.) en Lith (Noord-Brabant). Zij beslaat 1955 bunder, zijnde de grond uit Rijnklei gevormd.

In 1822 had zij 1182, in 1840 1648, in 1872 2074 inwoners, die zich in laatstgenoemde jaar onderscheidden in 1977 Rooms Katholieken en 97 Hervormden. De landbouw is hun hoofdbedrijf. eene steenbakkerij geeft aan 30 werklieden, 3 klompenmakerijen aan 6 werklieden arbeid. Behalve het dorp Dreumel, bevat de gemeente het gehucht de-Kop-van-de-Voorn.

Het dorp Dreumel is deels langs den Zuider-Waaldijk, deels langs de Roonsche-straat (moet zijn Rooijsestraat JVK)  en den Hoogen-Weg gebouwd. De Rooms Katholieke kerk is een groot en fraai gebouw, in 1838 vernieuwd. Als Hervormde kerk dient het koor der oude parochiale kerk. Dreumel wordt reeds in een register van de abdij Prüm, van den jare 893 vermeld, onder den naam Tremele.

In later tijd geschiedde de uitgifte der heerlijkheid Dreumel of Dromel door de Geldersche Hertogen. In 1402 en 1413 werden de van de Poll's daarmede verleid. Later kwam Dreumel aan de geslachten van Balveren, Pieck en van Scherpenzeel.

 

 

Leydsche Courant, 15 januari 1878: Gezocht: een nieuwe "doctor"

 

 

 

’t Vliegend Blaadje, 29 maart 1878: Luguber krantenbericht

 

Aanvulling op bovenstaand bericht

Een uitermate intrigerend artikeltje dat ineens op de Tremele website verschijnt. Intrigerend vanwege de schijnbare klakkeloosheid waarmee dit artikeltje verscheen in ’t Vliegend Blaadje, op 29 maart 1878, een Kleine Courant voor Den Helder en omstreken.

(2e kolom van rechts, even onder het midden).

 

Het artikeltje in deze courant lijkt geschreven te zijn zonder enig acht te slaan op of aandacht te hebben voor de persoon, die dit vreselijke ongeval overkwam, de weduwe A. Peters.

… ofschoon nog levend gered, was zij kort daarop een lijk ...”. Ik schat in dat het Nederlandse of Den Helderse woordenboek pas làter dan 1878 werd uitgebreid met woorden als “overleden” en “stoffelijk overschot”.

Het gaat hier over de persoon …

 

 
… Anna Mullekom, die op 1 september 1823 wordt geboren, als dochter van Cornelis van Mullekom en Dora Luijpen.

die op …
 

 

… 20 oktober 1854 in het huwelijk treedt met Antonius Peters.

Die samen met Antonius …

 

… drie kinderen krijgt, Theodora, Johanna en Gerardus.

Die op …

 

 

… 26 Augustus 1872 weduwe wordt van Antoon Peters.

En die dan uiteindelijk op …

 

 

… 22 maart 1878 op zéér onfortuinlijke wijze zelf komt te overlijden.

Ze is dan 54 jaar jong

 

Theodora is dan ± 20 jaar oud.

Johanna is dan ± 19 jaar oud.

Gerardus is dan ± 15 jaar oud.

 

Hun vader wàren ze al kwijt.

En hun moeder komt dan ineens ook en nooit meer thuis!!

 
Jodi van der Giesen
 

 

Tielse Courant, 17 februari 1880: Ganzenvangst en zalmvisserij

     

 

De ganzenvangst in de Dreumelse polder dat met slagnetten gebeurt, wordt met groot succes voortgezet. Het vangstgemiddelde bedraagt nu 14 à 15 stuks. De ganzen worden verkocht voor FL. 1,60 per stuk. Ook de zalmvisserij met de zegen is de laatste tijd zeer voordelig.


 

 

Bootdienst Dreumel op Tiel (Aankondiging in staatsblad no 67 d.d. 1880)

 

Met ingang van 14 april (1881) zal de ondernemer G. Merkx te Dreumel een dienst gaan onderhouden van Dreumel op Tiel met een vaartuig groot 12 ton met ruimte voor 50 passagiers. Vaart geschiedt op de rivier de Waal en er vindt elke dag een afvaart plaats op onbepaalde uren.

Vrachtprijs is 10 cent voor een enkel reis van een passagier.

 

(bron: Tielse Courant, 11 april 1881)

 

 

Nieuwe Amersfoortsche Courant 15 januari 1882: Te koop

 

 

Reactie

Henk van Sonsbeek uit Veldhoven weet het volgende te melden: "De eerste editie van van Dale uit 1864 geeft de volgende betekenis aan het woord "voer": "Zoo veel als op eenen wagen geladen kan worden"

 

Gerard van Welie vult aan: "Een "voer" is volgens de Dikke van Dale een "wagenvracht"; zoveel als door een paard op een kar getrokken kan worden. (2000 tot 3000 kg.)

 

Henk Bernts, Alphen: hoewel ik er niet helemaal zeker van ben denk ik dat een voer gelijk is aan een karrevracht, dus zoveel als een voerman kon vervoeren. In die tijd waren de karren wel ongeveer hetzelfde.`n Paard moest het immers kunnen trekken.

 

 

Nieuwe Amersfoortsche Courant, 14 november 1888: een suikerbiet met een gouden kettinkje

 

 

 

Landbouwnieuws

 

De stemming onder de Maas en Waalse landbouwers is niet best. Na de barre winter hoopte men op een vroege zomer te meer omdat Februari reeds enkele warme dagen gebracht had. Integendeel Maart en April waren koud en de schrale wind hield niet op.

De prijs van de keujes is om van te wanhopen, ze zullen gauw geen cent meer waard zijn.

 
(bron: Tielse Courant, 25 april 1891)
 

 

Amersfoortsche Courant, 30 oktober 1895: ondertrouw dokter Cramer

 

 

 

Middelburgsche Courant 6 december 1898: 80 jaar lid van het kerkkoor

 
Het R. K. Gemengd Zangkoor is deze dagen volop bezig met de voorbereidingen voor kerstmis. Dat gaat al eeuwen zo. Zonder twijfel is het zangkoor de oudste vereniging van Dreumel. Want waar een kerk is, daar komen mensen samen en wordt er gezongen.

Onderstaand bericht bewijst dat er al in 1818 een kerkkoor bestond. Jacobus Roes vierde in 1898 zijn 80-jarig jubileum als korist.
 

 
Jacobus Roes (zoon van Theodorus Roes en Petronella Verhaag en gedoopt in Zeist), overleed op 22 maart 1899 in Dreumel.
 

 

 

Nieuwe Amersfoortsche Courant, 11 augustus 1906: "De zwaan een phoenix"

 

 

 

De Waalbode, 6 juni 1909: Sacramentsprocessie naar Varik

 

 

 

Schager Courant, 11 september 1909: Burgemeester heet nieuw raadslid welkom

 
De toon waarop burgemeester van Eijseren in 1909 een nieuw raadslid welkom heette, droop van het cynisme. De burgemeester kon het namelijk niet nalaten om een sneer uit te delen aan de gemeenteraad met wie hij al jaren overhoop lag.

Het gebeurde allemaal in een periode waarin de burgervader de ene na de andere ruzie uitvocht met zijn wethouders en raadsleden. De capriolen van de Dreumelse gemeenteraad haalde in die dagen menigmaal de regionale en landelijke kranten.
 

 

 

Goesche Courant, 3 augustus 1911: Zo trouw als een hond

 

 

 

De Gelderlander, februari 1921: verstoring preek leidt tot straf

 

 

 

De Waalbode, 27 augustus 1921: de weduwe van Deursen houdt uitverkoop

 

 

 

De Waalbode,  24 februari 1923: Treurige toestand van de Lageweg

 

 

 

Breskensche Courant 8 oktober 1924: Als 't hart nog jong is

 

 

 

De Waalbode, 10 december 1927: Intocht Sinterklaas

 


 

 

De Gelderlander, 7 april 1928: In de brand maar....... niet uit de brand!

 

Dat Dreumel op het gebied van brand een twijfelachtige reputatie heeft op te houden was u wellicht al bekend. In de jaren ’30 van de vorige eeuw was "Ginne moord in Oss, gin braend in Dreumel" een bekend gezegde.

Maar blijkbaar had Dreumel ver voor die tijd al een behoorlijk negatieve naam opgebouwd want de verzekeringsmaatschappijen lieten in 1899 al weten te stoppen met het verzekeren van huizen in ons dorp:

 

 

Blijkbaar vertrouwde men onze toenmalige dorpsgenoten niet meer zo erg. In sommige gevallen was dat ook niet meer dan terecht. Daarvan getuigt onderstaand verhaal.

Het verhaal speelt in 1928 en haalt verschillende keren de krant. Het gebeuren is natuurlijk vervelend voor de hoofdpersoon, maar het geeft ons lezers wel een prachtig kijkje in de rechtspraak van toen en de wijze waarop een en ander in de krant werd weergegeven.

Het verhaal neemt een aanvang in De Gelderlander van zaterdag 7 april 1928.......

 


 
Het Openbaar Ministerie was het echter met de vrijspraak niet eens……….
 

 
………… en ging in hoger beroep! Tijdens deze zitting legt de president van de rechtbank de getuige maar ook de verdachte het "vuur" na aan de schenen en ontstaat er een lachwekkende dialoog…….
 

(bron: De Gelderlander, 22 juni 1928)

 




 
Veertien dagen later volgde het vonnis en ondanks een vurig betoog van het Openbaar Ministerie liep het voor de rivierventer met een sisser af……
 

 

Uit Maas en Waal.

Dreumel

* - Niet aangenomen. De heer G.H.J. Merkx, lid van het Burgerlijk Armbestuur, heeft zijne benoeming als zoodanig niet aangenomen.

* - Benoemd. De heer L. v.d. Goor, directeur der Harmonie alhier, is met algemeene stemmen benoemd tot directeur van de muziekvereeniging te Hees bij Nijmegen, zulks als opvolger van den kapelmeester Teeuwissen.

* - Werkliedenorganisatie. Woensdagavond vergaderde in de St. Paulus zaal (= huidig Scoutinggebouw JVK) alhier de steenfabrieks-arbeiders. Spreker was de heer Janssen uit Utrecht, met een onderwerp betreffende aansluiting bij het Werkloosheidsbesluit. Van het gemeentebestuur hadden de burgemeester en wethouder Van den Bos aan de uitnoodiging gevolg gegeven.

* - Keurloonen. Over de maand April 1928 werd alhier aan keurloonen ontvangen de som van f.60. Geslacht werden 3 runderen en 18 varkens.

* - Dienstplicht. De verlofgangers der lichting 1916 en 1919 moeten op 27 juni a.s.  te Tiel in het gebouw der voormalige landbouwwinter-school verschijnen voor het jaarlijkse onderzoek.

* - Vischakten. Gedurende de maand April werden ter gemeentesecretarie ingediend 40 aanvragen voor het bekomen van een vischakte.

(bron: De Nieuwe Maas en Waler, zaterdag 12 mei 1928, jg 21, nr. 1492)


 

Schager Courant, 9 juni 1928: Rupsenplaag in Dreumel

 

 

 

De Waalbode, 20 april 1929: Tienjarig bestaan Harmonie Sint Barbara

 

 

 

De Waalbode, 31 juli 1929: Notulen te koop!

 


 

 

14 maart 1933: Een monster te Dreumel!

 

 

 
De Gooise Post, 27 mei 1935/De Gelderlander, 30 april 2012: Kerkdiefstal van alle tijden
 
30 april 2012: Een paar weken geleden werd de Dreumelse geloofsgemeenschap opgeschrikt door een brutale inbraak in de St. Barbarakerk........
 

 
Kerkdiefstal is helaas iets van alle tijden, zo blijkt uit onderstaand krantenbericht uit 1935. Gelukkig werd de dief toen vrij snel gepakt......
 

 

 

De Waalbode, 25 juni 1938: Bezienswaardigheid

 

 

 

22 maart 1952: Liepen de paarden achter of naast elkaar?

 

Klik op het plaatje voor het hele artikel

 

 

De Bommelerwaard, 30 juli 1954: NK motorraces in Dreumel

 

 

 

De Gelderlander, januari 1964: secretaris van Dreumel nam afscheid van zijn loopbaan

 

Klik op het plaatje voor het hele artikel

 

 

De Gelderlander, 2 mei 1967: gouden bruiloft J. Vink en M.F. van Eyk

 

Klik op het plaatje voor het hele artikel

 

 

Zwitsers in Dreumel

 

De "de Goyers", die tot op de huidige dag als expediteurs en champignonkwekers onder de Dreumelse bevolking vertegenwoordigd zijn, komen van oorsprong uit Zwitserland.

De vader van de winkelier Hendrik Goyer, op 12 januari 1852 in Dreumel overleden, was Zwitser van geboorte.

(bron "150 jaar welstand" - mr. dr. W. de Vries; De geschiedenis van "De Maatschappij tot Bevordering van Welstand, voornamelijk onder Landlieden", 1972)

 

 

13 februari 1978: Interview met Frans Halsema

 

Klik op het plaatje voor het hele artikel

 

 
Gelderlander, 31 maart 2007

(column van Anne Nijtmans in De Gelderlander.

Titel: "Saamhorigheid"
(aanleiding vormt de reacties van sommige inwoners op de komst van asielzoekers naar Dreumel)
   

   
Gelderlander, januari 2007

(artikel van Geert Geenen over het watersnoodmonument in Beneden-Leeuwen, Koning Willem III en een korte vermelding van Dreumel)


 

Waalkanter, 17 en 24 januari 2007 (betreft Dreumel)

(verslag van een tocht per rijtuig, anno 1900 door Maas en Waal)

 

 


 

De Gelderlander, zaterdag 20 november 2010

Onder uit de zak, door Bert Luijpen

foto's: Stichting Tremele

 

De schuld van Sinterklaas

 
  Het is de schuld van Sinterklaas. Die golf van weemoed die me overspoelt. Omdat hij, zoals het hoort hier onder in De Zak, aan D’n Bol voet aan vaste wal zet.  
  D’n Bol, kaal, leeg, modderig watergat. Waar godzijdank weer wat bedrijvigheid is door de scheepswerf, die sinds enkele jaren terug is, van lang weg geweest. Sodeju, wat was dat anders vroeger.  
     
  Altijd leven in de haven. Wel een stuk of tien parlevinkerbootjes lagen er. En woonarken en schokkers. Als je D’n Bol op kwam, luidde links uit een trekzak vaak de klok van Arnemuiden of viel er uit dezelfde accordeon sneeuw in Tirol. Rechts was een kroeg die al bruin was lang voordat we dat met z’n allen wisten. Mét kolenhandel, waar knecht Moring zo zwart als roet de zakken met zwart goud op zijn rug torste.  
 
  En er was de weegbrug, ooit bedoeld om lege karren met paard te wegen als ze naar de te lossen schepen gingen en daar nog een keer, als ze vol beladen D’n Bol weer afreden. Of andersom. Waarna er bij Lies en Gerrit in de kroeg snel nog een achterover gewipt werd “op ’t geluk”.  
 

De schepen op de Waal die met ’t droefgeestig huilen van de stoomfluit of hele riedels op een modernere luchthoorn, de parlevinkers zeiden dat ze eraan kwamen en bevoorraad wilden worden. Want dat is wat parlevinkers deden: schepen bevoorraden. Geen idee waarom er juist in Dreumel zoveel waren, of het zou moeten zijn dat het dorp een dag varen van Rotterdam lag.

 
 
  Vele uren per dag sleten wij er, als jongetjes. Luisterend naar de sterke verhalen van ouwe vissers, scheepslui en dorpelingen, voor wie D’n Bol de godsganse dag door een trefpunt was.  
     
  Af en toe kreeg je een – niet te beste – peer of appel of een plakkerig ulevel in handen geduwd, als je had geholpen bij het laden of lossen van een parlevinker.  
  Mannen die je even zo vrolijk een paar uur later een flinke schop onder je kont verkochten – als ze de kans kregen – omdat ze vonden dat je rottigheid uithaalde. Wat bijna even vaak ook zo was.

En als je veel, heel veel geluk had, mocht je even mee de Waal op. Lieten ze zich een eind stroomafwaarts zakken in hun kleine, tjokvolle winkelbootje. Om de negotie, vastgeknoopt aan een schip, weer mee richting Dreumel te laten zeulen.

Onderwijl zocht moeder de schippersvrouw levensmiddelen uit, kocht een krant en werd bijgepraat over wat er aan wal allemaal te doen was.
 
 

Heerlijke mijmeringen.

   
       
 

Was het maar vaker Sinterklaas.