|
|
Wim Kusters is:
|
|
het maken van kerststallen |
|
|
Een passie voor Kerst, zo
mag je de hobby van Wim Kusters wel noemen, en dan vooral voor kerststallen
en beeldengroepen. In zijn huis, maar ook in de tuin, is een aantal
ingerichte kerststalletjes te vinden, in verschillende soorten en maten.
|
|
De
meeste stallen zijn door hem zelf gemaakt. Zo’n acht à negen jaar geleden
begon hij met deze hobby. Wim vertelt: “Ik heb jarenlang appels geplukt en
toen ik destijds zag dat een boomgaard gerooid werd, viel me de mooie vorm
van de stammetjes met zijtakken op. Ik zag daar iets in. Ik heb een aantal
boompjes meegenomen en zo is het begonnen.” |
|
|
|
|
|
Wim gebruikt een deel van de
stam met een aantal zijtakken. Eerst moet dit hout een jaar
lang drogen, zodat het krimpt. De zijtakjes worden soms
verder naar beneden gebogen zodat het totaal een mooie vorm
krijgt. Deze stukjes boom vormen de basis van de
kerststallen die Wim ervan maakt.
Als verder materiaal gebruikt hij bijna alleen afvalhout.
“Ik verzamel het hele jaar door materiaal, zie overal wel
iets in dat ik ooit kan gebruiken. Dat kan hout zijn, maar
ook riet, of takken van struiken. Ik heb altijd een
snoeischaar in mijn fietstas. Ook verzamelde ik jaren
geleden op Nieuwjaarsdag in het dorp de achtergebleven
stokjes van vuurwerk. Zelfs dat is mooi materiaal om te
verwerken.” |
|
|
|
|
De
stalletjes die Wim maakt lijken op het eerste gezicht misschien op elkaar,
maar zijn toch allemaal verschillend, omdat elke basis natuurlijk anders is.
Geen boompje is hetzelfde. |
|
In het maken van een stal zit heel veel
werk, wel zo’n veertig uur per stal. Het moge dus duidelijk zijn dat
Wim heel wat tijd doorbrengt in zijn werkruimte, op de zolder van
zijn garage.
Hij besteedt ook veel aandacht aan de
details, maakt zelf allerlei kleine accessoires die hij in de stal
verwerkt, zoals een laddertje, een put, een vuurplaats, of
gereedschappen als een kruiwagen, bezems of gaffels.
Wim zegt: “Ik maak per jaar wel zo’n
tien nieuwe stallen. Adverteren doe ik er niet mee, de mensen weten
me via mond-tot-mondreclame te vinden. Mijn stallen staan inmiddels
in vrijwel elk dorp van Maas en Waal en zelfs ver daarbuiten.”
|
|
|
|
|
Ieder jaar na 5 december breekt voor
Wim een mooie tijd aan, want dan gaat hij aan de slag om her en der
door zijn woning en tuin verspreid de mooiste creaties te maken. Het
liefst begon hij al eerder, maar op verzoek van zijn vrouw wacht hij
tot na Sinterklaas.
De verzameling breidt zich nog steeds
uit en bestaat uit beeldengroepen van allerlei materialen, als hout,
porselein of tin.
De eerste beeldengroep van Wim en zijn
vrouw Mien, na hun huwelijk gekocht bij Piet en Nelly van Rossum,
heeft buiten een mooi plekje achter glas. |
|
|
|
|
Ook
de boomstammetjes die nog moeten drogen om volgend jaar in stalletjes
verwerkt te worden, zijn gebruikt als versiering van een stal. Daar heeft
Wim namelijk de omlijsting van gemaakt van een nieuw stalletje buiten.
Het
pronkstuk van de verzameling staat in de serre. Wat begon als “gewone”
zelfgemaakte kerststal, is inmiddels in de loop der jaren uitgebreid tot een
landschap van drie verdiepingen, met vele lampjes, hoekjes, dieren en vol
verrassende details. Eigenlijk is deze “stal” nooit af, want nog steeds
vindt Wim wel ergens wat diertjes die nog een plekje krijgen. |
|
|
Tremele
©
december
2010 |
|
|
|