|
A. Orde van de Nederlandse
Leeuw |
|
|
|
nr |
datum |
toegekend aan |
onderscheiding |
reden
van toekenning |
12 |
03-04-1990 |
|
ridder |
Zijn verdiensten op bestuurlijk en maatschappelijk terrein.
bron: Stamboom
Kalhorn- Everaers
en
Kanselarij der Nederlandse Orden
|
KB 03-04-1990
Nr. 90.008653 |
J.G. Kalhorn |
|
|
|
|
|
|
|
nr |
datum |
toegekend aan |
onderscheiding |
reden
van toekenning |
9 |
25-08-1939 |
|
ridder |
Zijn verdiensten als hoogleraar aan de
Rooms-katholieke Universiteit van Nijmegen. |
KB 25-08-1939
nr. 70 |
Prof. Dr. F.A.M. van Welie |
|
|
nr |
datum |
toegekend aan |
onderscheiding |
reden
van toekenning |
8 |
voor 1939 |
|
ridder |
Zijn verdiensten als predikant in onder andere Wamel en Dreumel en als
President van de Algemene Synode van de Nederlandse Hervormde Kerk.
(Bron:
Leidsch Dagblad 02-01-1939) |
Ds. Dr. P. Smit |
|
|
nr |
datum |
toegekend aan |
onderscheiding |
reden
van toekenning |
7 |
24-08-1928
|
|
ridder |
Zijn verdiensten als geneesheer te Dreumel, geneesheer-directeur van
het St. Annagesticht te Venray en inspecteur voor het staatstoezicht
op krankzinnigen en Krankzinnigen-gestichten.
Bron: Krant Peel en Maas te Venray
30-06-1934
en
Kanselarij der
Nederlandse Orden |
KB
24-08-1928 Nr. 15 |
H.J. Lubberman |
|
|
nr |
datum |
toegekend aan |
onderscheiding |
reden
van toekenning |
6 |
07-04-1877 |
|
ridder |
Zijn verdiensten als predikant in onder andere Wamel en Dreumel.
Bron:
Kanselarij der Nederlandse Orden |
KB
07-04-1877
Nr. 2 |
Ds. J. Corell |
|
|
nr |
datum |
toegekend aan |
onderscheiding |
reden
van toekenning |
5 |
16-07-1855 |
|
broeder |
Broeder in de Orde van de Nederlandse Leeuw omdat de
heer Udo met zeldzame moed en opoffering met
levensgevaar en achterlating van eigen have en goed,
tijdens de watersnood van 1855 een groot aantal personen
van een gewisse dood heeft gered.
(Bron: De Noordbrabanter 21-07-1855) en
Dagblad van Zuidholland
en 's
Gravenhage, 20-07-1855
Zie ook:
watersnood van 1855 |
KB
16-07-1855
Nr. 54 |
F. Udo |
|
|
nr |
datum |
toegekend aan |
onderscheiding |
reden
van toekenning |
4 |
16-07-1855 |
|
broeder |
Broeder in de Orde van de Nederlandse Leeuw omdat de
heer Udo met zeldzame moed en opoffering met
levensgevaar en achterlating van eigen have en goed,
tijdens de watersnood van 1855 een groot aantal personen
van een gewisse dood heeft gered.
(Bron: De Noordbrabanter 21-07-1855) en
Dagblad van Zuidholland
en 's
Gravenhage, 20-07-1855
Zie ook:
watersnood van 1855 |
KB 16-07-1855
Nr. 54 |
G. Udo |
|
|
|
|
nr |
datum |
toegekend aan |
onderscheiding |
reden
van toekenning |
2 |
04-07-1829 |
|
ridder |
Zijn verdiensten in diverse bestuurlijke functies.
(Bron: Taxandria, jg. 12)
zie ook:
bijzondere onderscheidingen
Bron:
Kanselarij der Nederlandse Orden |
KB 04-07-1829. Nr.219 |
P.H. van Fenema |
|
|
|
nr |
datum |
toegekend aan |
onderscheiding |
reden
van toekenning |
1 |
20-02-1816 |
|
broeder |
Broeder
in de Orde van de Nederlandse Leeuw wegens herhaalde
blijken van menslievendheid, bestendig goed gedrag en
vervulling van maatschappelijke plichten.
(Bron:
Kanselarij der Nederlandse Orde)
zie ook:
bijzondere onderscheidingen |
J(acob)
van Swam |
|
|
|
|
|